Inleiding

‘Samenwerken is het nieuwe fuseren in de zorg’, aldus Kees Ahaus, hoogleraar Health Service Management & Organization aan de Erasmus Universiteit. Maar succesvol samenwerken doe je niet zomaar. Want samenwerken is lastig!

Onderzoek wijst uit dat 60 tot 70% van de samenwerkingsverbanden na 5 jaar hun doelen niet hebben gehaald. Allianties verliezen in 5 jaar 16 tot 49% van hun gezamenlijke marktaandeel. Slechts 1 op de 3 samenwerkingen verdient hun investering terug; 2/3 dus niet! En 50% resulteert in een verlies aan inkomsten of winst.

Wetenschappelijk onderzoek toont verder aan dat er niet zomaar één reden is voor het mislukken van een samenwerking. Verschillende factoren spelen hierbij een rol. Wat opvalt is dat er zowel harde factoren (organisatie, structuur, soort governance), als zachte factoren (soort mens, competenties, team, cultuur en gedrag) zijn die bijdragen aan het mislukken van een alliantie. De voornaamste sleutel tot succes is om in de oriëntatiefase een open dialoog creëren over ambitie, belangen en relatie.

Succesvol samenwerken: juridische aandachtspunten

Voor het realiseren van een succesvol samenwerking zet je verschillende juridische stappen. Hierover heb ik eerder geschreven. Partijen die willen samenwerken zullen uiteindelijk hun samenwerking moeten maken. Dit begint met een goede samenwerkingsovereenkomst. Hieronder een aantal aandachtspunten om rekening mee te houden bij het aangaan van een samenwerkingsovereenkomst in de zorg.

  • Advies Ondernemingsraad en Cliëntenraad: voordat partijen de samenwerkingsovereenkomst kunnen ondertekenen dienen zij, ieder binnen hun eigen organisatie, advies in te winnen van de Ondernemingsraad en Cliëntenraad. Wanneer de samenwerking het primaire zorgproces wijzigt, kan voor het realiseren van de samenwerking zelfs instemming van de Cliëntenraad nodig zijn.

    Het is belangrijk dat partijen afspreken hoe ieder van hen dit traject binnen de eigen organisatie doorloopt. Het is gebruikelijk om één document te maken dat voor iedere partij de grondslag vormt voor het vragen van advies binnen de eigen organisatie. Onderschat dit niet, want het schrijven van een gezamenlijk document forceert partijen om concreet te worden over details van hun samenwerking die mogelijk anders nog niet aan de orde waren gekomen. Het is aan te raden om vooraf samen Q&A’s op te stellen. Positief werkt om (delegaties van) de raden vooraf onderling contact te hebben met elkaar.

  • Mededinging: wanneer de samenwerking een concentratie vormt (denk aan het oprichten van een gezamenlijke onderneming) dan kan voorafgaand goedkeuring van de NZa en/of ACM zijn vereist. Het verkrijgen van goedkeuring vraagt behoorlijk wat tijd en voorbereiding. Starten met samenwerken zonder goedkeuring betekent hoge boetes. Riskant is ook dat partijen in de onderhandelingsfase concurrentiegevoelige informatie uitwisselen in strijd met het mededingingsrecht.

  • Fiscaal-juridische aspecten: de vorm van de samenwerking wordt in de regel bepaald door fiscaal-juridische aspecten. Binnen de zorg zijn omzetbelasting en vennootschapsbelasting belangrijk. In de regel is het verlenen van zorg vrijgesteld van omzetbelasting en vennootschapsbelasting, maar wanneer partijen zorg verlenen door gebruik te maken van een gezamenlijke onderneming kunnen deze vrijstellingen komen te vervallen. Ook het beschikbaar stellen van personeel is risicovol. Omdat fiscale aspecten een beslissende invloed hebben op de vorm van de samenwerking, en hierdoor indirect op de zeggenschapsverhoudingen binnen het samenwerkingsverband, dienen partij tijdig vooraf fiscaal advies in te winnen. Te vaak wordt de fiscale adviseur te laat ingeschakeld.

  • Zorgverlening: partijen willen natuurlijk samenwerken om zorg gezamenlijk te verlenen. Ze zullen dus afspreken wie doet wat. Belangrijk is ook om juridisch vast te stellen wie wat doet, en hiervan de gevolgen te onderzoeken. Zijn er voortaan meerdere geneeskundige behandelovereenkomsten, wie levert welke zorg in de zin van de Wtzi, wie is aanspreekpunt voor de patiënt/cliënt, hoe wordt omgegaan met het klachtrecht (denk aan de Wkkgz)? Een van de aspecten van zorgverlening dat alsmaar belangrijker wordt, is het rechtmatig omgaan met medische persoonsgegevens. Partijen doen er verstandig aan om in de ontwerpfase van hun gezamenlijke zorgverlening kritisch stil te staan bij de juridische maakbaarheid.

Slot

Hierboven schreef ik dat de voornaamste sleutel tot succes is een open dialoog. Dit geldt ook bij het ontwerpen van de samenwerkingsovereenkomst. Willen partijen samenwerken, het eerste wat ze doen is samen een project oprichten. En vaak wordt binnen dit project een werkgroep juridische zaken ingesteld. Klassieke fout is om deze werkgroep niet te betrekken bij de te ontwerpen business case. Fout is ook om binnen deze werkgroep geen fiscalisten te betrekken. Ja, form follows function; ook in de juridische werkelijkheid. Maar dat wil niet zeggen dat de vorm van de samenwerking geen nadelige consequenties heeft voor de gezamenlijke functie die partijen nastreven. Sterker nog, vormvereisten kunnen het succesvol samenwerken in de weg staan.

Henry Goverde